Visite

Wij liggen uiteindelijk 5 dagen in La Rochelle wat een hele leuke stad is. Een prachtig oud centrum waar we midden in liggen.

De stadshaven bestaat uit een bassin dat in open verbinding met de zee staat, hier kom je aan en liggen wij de eerste nacht, en twee bassins waarvan er een de prachtige naam “ancien bassin de Chalutiers” heeft. Dit bassin is gereserveerd voor de grotere jachten, vanaf 15 meter. Wij verkassen naar het “bassin des Yachts”. Meestal is hier geen plaats vanwege het grote aantal vaste liggers maar gelukkig nu even wel.  De moderne jachthaven die meer aan de buitenkant ligt “port de Minime” is de grootste van Europa met 4000 (!) ligplaatsen. Kan ons niet erg bekoren want ziet er allemaal erg onpersoonlijk (lees ongezellig) uit. in die dagen doen we boodschappen in de markthal welke elke ochtend tot ongeveer 12.30 geopend is.

Typisch frans want dat komen we in meer plaatsen tegen. je vind er allemaal stalletjes met vissers, slagers, brood, groente en fruit etc. je kunt er dus alles voor het eten in een keer inkopen en alles vers! ook doen we de was in een wasserette vlakbij de haven (moet soms ook gebeuren)

 

 

Bij (tijdelijk) gebrek aan een eigen boot varen onze oude buurtjes, Theo&Carlien een weekje met ons mee. Na wat overleg over wanneer geven wij aan dat wij het wel fijn vinden als ze met ons de aankomende oversteek naar Spanje maken. Een nachtje doorvaren is makkelijker en leuker met zijn vieren tenslotte. Dus komen ze naar La Rochelle, dat wil zeggen, ze vliegen naar Bordeaux want dat scheelt heel veel geld.

Wij huren in LR een auto en plannen een dagje Bordeaux en halen hen op. Bordeaux is een mooie oude stad, we hebben alleen zo ongeveer de warmste dag uitgekozen om een stad te bezoeken.

We zoeken veelvuldig de schaduw en strijken regelmatig op een terras neer om wat koels te drinken. S’avonds halen we Theo&Carlien op bij de luchthaven en rijden terug naar LR. We doen nog even een biertje op het gezellige pleintje vlakbij de boot voordat we te bed gaan.

 

 

 

 

 

De volgende ochtend vertrekken we al redelijk vroeg, half acht, naar Ile de Oleron. De haven heet St. Denis d’oleron en we hoeven maar iets meer dan 2 uur te varen om er te komen. We pakken daar de fiets en ook dit is weer zo’n heerlijk eiland met stranden, wijnvelden en zoutpannen.

Oleron is ook beroemd om zijn oesters dus die halen we als voorgerecht.

Daarna varen we naar Royan, dat ligt aan het begin van de gironde, de rivier die naar Bordeaux loopt. We komen aan met laag water en onze boot blijkt een tikkie te diep want vlak voor de haven lopen we aan de grond, gelukkig gingen we al heel langzaam en is de grond vooral modder. We kunnen zelf loskomen door op onze schreden terug te keren. Navraag bij een local (die al wel ligt te wachten tot het water diep genoeg is) leert ons dat we nog wel 2 uur moeten wachten voordat we met onze diepgang naar binnen kunnen. We gooien het anker uit in winderig en wat golferig water en wachten dan maar. Eenmaal binnen vangt de havenmeester ons op en Royan blijkt een levendige plaats. Aan de haven een boulevard met restaurants, veel mensen en zelfs live muziek. We zitten nog leuk op een terras waar we, een typisch frans gerecht als toetje nemen, een crepe. Ook op het terras speelt een bandje oude rock&roll. Opvallend is dat tot in de nacht kleine kinderen gewoon op straat op pad zijn met hun ouders.

 

vanuit Royan doen we de dag erop een grote oversteek, in een keer naar Bilbao aan de spaanse noordkust. Dat is zo’n 170 mijl (300 km voor de niet zeilers). We hebben mooi weer, deels een lopend windje maar moeten ook wel wat op de motor onderweg. We zijn ongeveer 26 uur onderweg, waarvan 12 uur op de motor. En natuurlijk als hoogtepunt een aantal keer dolfijnen bij de boot. Helaas geen walvissen want dat schijnt hier ook te kunnen en die had Carlien zo graag gezien. De overtocht zo met zijn vieren was niet te zwaar.

Een neef van Theo&Carlien blijkt in de buurt (san Sebastian) op vakantie (om te surfen) en staat ons al op te wachten. Na een welkomstborrel op de boot eten we gezellig wat op een terras bij de haven.

 

 

De dag erop verkennen we Bilbao. Met de metro naar de binnenstad. Mooi centrum met als absolute blikvanger het wereldberoemde Guggenheim museum.

Wie Spanje zegt zegt tapas. Hier noemen ze dat pintxos. En elke bar waar je komt heeft Pintxos op de bar uitgestald. Allemaal kleine hapjes. In Bilbao doen we dus een kroegentocht waarbij we telkens een paar pintxos en een glas witte wijn nemen. Er is zelfs een top tien lijst van de bars met de lekkerste hapjes, daar doen wij er twee van.

De terugvlucht van Theo&Carlien blijkt het best via Bilbao te kunnen en op donderdag. Dat geeft ons nog 2 dagen. We varen dan nog van Bilbao naar Laredo. Dat is een nog vrij nieuwe haven, nou ja niet de haven zelf maar de marina die ze er hebben aangelegd. Dat is ook wel te zien want meer dan de helft van de plekken is nog onbezet.

We doen boodschappen in het best wel mooie stadje en eten van het plaatje op de boot. Er staat een fris windje en we zetten ons tentje op. Als we bijna naar bed gaan wordt de wind sterker en valt een buitje. Plots giert de wind door en staat er 46 knopen wind, dat is 9 bft! In de regen en wind gauw nog wat stootwillen

tussen de boot en de steiger geduwd.

De volgende ochtend stappen Theo&Carlien in de taxi die hen naar het vliegveld brengt en zijn wij weer met zijn tweeen.